Gender

Ook in de taal kunnen we mensen discrimineren of aanvallen omdat ze vrouw zijn of holebi, of trans, of niet-binair.

01Sekse en gender

We onderscheiden

Sekse en gender

We gebruiken

  • Sekse. Je sekse of geslacht is fysiek bepaald. Door je lichaamskenmerken ben je van sekse een vrouw, een man of een intersekse mens.
  • Gender. Gender is een sociaal-psychologisch begrip. Door je sociaal gedrag en innerlijk gevoel heb je de genderidentiteit van een man, een vrouw of een niet-binaire mens. Je genderidentiteit en je sekse kunnen al dan niet overeenkomen. Als je een cisgender mens bent, komt je genderidentiteit overeen met de sekse die jou bij de geboorte is toegewezen. Ben je een transgender mens, dan komt de genderidentiteit niet overeen met de sekse die jou bij de geboorte is toegewezen. Mensen hebben meestal een aantal gedragingen die op een mannelijk gender wijzen en andere die op een vrouwelijk gender wijzen: we spreken dan ook over een genderspectrum, waarbinnen iedereen zich ergens bevindt.
  • Seksuele oriëntatie. Met welke seksen wil je seksen? Het antwoord op die vraag geeft je seksuele oriëntatie aan. Je bent dan een lesbische vrouw, een homoseksuele man, een biseksuele mens, een queer mens of questioning mens, een aseksuele mens, een heteroseksuele vrouw of een heteroseksuele man. Bij sommige mensen is er een onderscheid tussen hun seksuele oriëntatie (met welke seksen willen ze seksen) en hun romantische oriëntatie (op welke genders kunnen ze verliefd worden). Je kunt als man bijvoorbeeld verliefd worden op alle genderidentiteiten, maar alleen seksueel opgewonden worden van andere mannen. Je bent dan biromantisch en homoseksueel. Je kunt ook aromantisch zijn: je voelt dan zelden of nooit een romantische aantrekking tot andere mensen, maar je kunt wel een diepe aantrekkingskracht of liefde – een zogenaamde squish – voor andere mensen voelen.
  • Opmerking. Heel wat culturen kennen andere seksuele en romantische oriëntaties dan diegene die we in de Europese culturen benoemen. Andere culturen schatten het belang en de betekenis van wat hier sekse en gender genoemd wordt, vaak ook anders in.

Bronnen

02Genderneutrale beroepsnamen

Wat met

Directeur of directrice?

Verpleegster
Lerares
Caissière

We gebruiken

Over beroepen en functies hebben we geen eenvoudig ‘zeg niet’ en ‘zeg wel’.

Is die vrouw de directeur of de directrice? Er is al tientallen jaren onenigheid over de manier waarop we beroepsaanduidingen het best genderneutraal maken. De Volkskrant in Nederland verwoordt haar keuzes volgens ons erg goed. We sluiten er ons bij aan en nemen de vrijheid om de volledige toelichting te citeren – bron: De Volkskrant – Stijlboek > zoek ‘geslacht’:

De krant streeft seksegelijkheid na in taalgebruik. Vermijd daarom constructies waaruit de indruk kan ontstaan dat het mannelijke de norm is en het vrouwelijke de uitzondering.

Bij het beschrijven van iemands beroep of functie kiezen we zoveel mogelijk de neutrale variant. Sommige beroepen zijn al onzijdig, zoals minister, huisarts, manager, notaris, Tweede Kamerlid, premier, wethouder of loodgieter. In andere gevallen kiezen we bewust de sekseneutrale benaming: gebruik docent of leerkracht in plaats van ‘lerares’, verpleegkundige in plaats van ‘verpleegster’.

In de meeste gevallen moet de vrouwelijke uitgang (-e, -in, -es, -ster, -trice) worden vermeden. Mannen en vrouwen worden in principe met dezelfde term aangeduid. Een directeur heet een directeur ook als het een vrouw is. Voor een winkelier, columnist, eigenaar, bewoner, bergbeklimmer, activist, conducteur, voetballer of schoonmaker geldt hetzelfde.

Als dit tot problemen leidt omdat er geen neutrale variant is zoals bij secretaresse, dan kiezen we voor een ander woord, in dit geval management-assistent. Een caissière noemen we bij voorkeur een kassamedewerker zodat er ook een man mee kan worden aangeduid.
De ervaring leert dat het snel went.

Alleen als de neutrale variant potsierlijk is omdat die te veel verschilt van het gemiddelde taalgebruik, wordt gekozen voor een aparte mannelijke en vrouwelijke vorm, zoals bij balletjuf/balletmeester, stewardess/purser, prostituee/prostitué en echtgenote/echtgenoot.

Dit doen we ook bij functies, waarbij de oorspronkelijke omschrijving eindigt op -man. Dit achtervoegsel kan veelal worden vervangen door -vrouw, zoals in raadsman/raadsvrouw, bewindsman/bewindsvrouw, barman/barvrouw, timmerman/timmervrouw, topman/topvrouw.

In sommige gevallen heeft de neutrale variant nog te veel mannelijke associaties. Dit zien we vooral in de culturele sector. Een actrice noemen we daarom (nog) geen acteur, en een zangeres (nog) geen zanger. Schrijver/schrijfster is een grensgeval. Bij twijfel kiezen we voor de neutrale variant, in dit geval ‘auteur’. In een verhaal waarin een vrouwelijke auteur is geïntroduceerd, kan daarna wel naar haar worden verwezen met het woord schrijver.

Soms kan het nuttig zijn om naar iemands geslacht te verwijzen, bijvoorbeeld als er twee huisgenoten zijn en je wilt verwijzen naar de vrouwelijke. Huisgenote is dan de beste benaming.

Als we verwijzen naar een groep, zoals in ‘De lezer leest elke dag 40 minuten in de krant. Hij of zij begint meestal bij de column van Bert Wagendorp.’ Of in ‘De kiezer heeft gesproken. Hij of zij wil Trump als president.’) gebruiken we altijd ‘hij of zij’, maar liever nog proberen we het te omzeilen. Dat kan eenvoudig door er meervoud van te maken, zodat je het geslachtsloze ‘zij’ kan gebruiken. ‘De lezers van de Volkskrant lezen gemiddeld ….Zij…’

Aanvullend: bij twijfel vragen we aan de personen zelf hoe zij genoemd willen worden. Willen ze ‘schrijfster’ of ‘directrice’ of ‘vroedman’ of ‘timmervrouw’ genoemd worden, dan doen we dat.

Genderneutrale verwijzingen. Je kunt de meeste zinnen zo omvormen dat de verwijzing naar de beroepsnaam genderneutraal wordt:

Hoe herschrijven we de volgende zin?

  • Een directeur moet zijn leerkrachten de kans geven zich bij te scholen.

Genderneutrale varianten zijn:

Meervoud:

  • Directeurs moeten hun leerkrachten de kans geven zich bij te scholen.

Je-vorm:

  • Als directeur moet je je leerkrachten de kans geven zich bij te scholen.

Lidwoord:

  • Een directeur moet de leerkrachten de kans geven zich bij te scholen.

Weglaten:

  • Een directeur moet leerkrachten de kans geven zich bij te scholen.

Voorzetselconstructie:

  • Leerkrachten moeten van de directeur de kans krijgen zich bij te scholen.

Passief:

  • Leerkrachten moeten door de directeur in staat gesteld worden zich bij te scholen.

Als we het over een individuele directeur hebben, gebruiken we het gepaste voornaamwoord. Bijvoorbeeld: De directeur moet haar leerkrachten de kans geven zich bij te scholen.

Bronnen

03Genderneutraal aanspreken en verwijzen

We vermijden

(Geachte mevrouw, geachte heer)
(Dames en heren)
(Lieve mama’s en papa’s)

We gebruiken

Als we onbekenden of een groep aanspreken, vermijden we binaire formuleringen zoals ‘geachte mevrouw, geachte heer’, ‘dames en heren’ of ‘vaders en moeders’.

Er zijn tal van genderinclusieve alternatieven te vinden. We volgen hier de ‘infofiche genderinclusieve aanspreking’ van de Universiteit Antwerpen:

  • Beste of geachte (zonder verdere aanspreking)
  • Beste of geachte + voornaam en/of achternaam
  • Beste of geachte + collega, deelnemer, studenten, aanwezigen, geïnteresseerde, geadresseerde …
  • Beste of geachte + professor, Ingenieur, Doctor, …

Bronnen

We schrappen

hij/zij
m/v

Overal waar hij staat, kun je ook zij lezen

Toelichting

  • hij/zij en zijn/haar: leest te moeilijk en is te binair
  • m/v: leest te moeilijk en is te binair
  • afwisselend gebruik doorheen een tekst van haar en hem: is te verwarrend
  • de catch-all formule bij het begin van een tekst waarin we iets zeggen in de trant van ‘Overal waar ‘hij’ staat, kun je ook ‘zij’ lezen’: verandert de leeservaring te weinig.

04Niet-binaire voornaamwoorden

We gebruiken

die/diens
die/hen/hun

Toelichting

[Aangepast 31 aug 2021] Sommige niet-binaire mensen vragen dat er naar hen verwezen wordt met ‘die’, ‘hen’ en ‘hun’, of met ‘die’ en ‘diens’. Deze voornaamwoorden worden dan gebruikt met de persoonsvorm in de derde persoon enkelvoud. We zeggen dan:

Ofwel, met die/hen/hun:

  • Heb je Charlie gezien? Nee, die is met hun lief naar het strand vertrokken. Ik zag hen daarnet nog wandelen.


‘Die’ is hier de vorm voor het onderwerp, ‘hen’ voor de lijdende en meewerkende voorwerpen, ‘hun’ is het bezittelijk voornaamwoord.

Ofwel, met die/diens:

  • Heb je Charlie gezien? Nee, die is met diens lief naar het strand vertrokken. Ik zag die daarnet nog wandelen.


‘Die’ is hier de vorm voor het onderwerp en voor de lijdende en meewerkende voorwerpen, ‘diens’ is het bezittelijk voornaamwoord.

Omdat deze vormen voor heel wat mensen nog vreemd klinken, geef je bij het eerste gebruik van de persoonsnaam het best aan dat het om een niet-binaire mens gaat. Je doet het zo:

  • Als je die/hen/hun gebruikt: Piet Jansen (die/hen/hun) schrijft in hun mail dat die geen tijd heeft om alles nog na te kijken.
  • Als je die/diens gebruikt: Piet Jansen (die/diens) schrijft in diens mail dat die geen tijd heeft om alles nog na te kijken.

De afspraken rond het gebruik van niet-binaire voornaamwoorden zijn nog in volle evolutie. De eerste niet-binaire voornaamwoorden vinden we in de VS, waar ’they/them/their’ geïntroduceerd werd. In 2016 werd in Nederland na een bevraging van de lgbti-gemeenschap gekozen voor ‘hen/hen/hun’. ‘Hen’ wordt door jongeren in Nederland als slang voor ‘hij/zij’ gebruikt, dus zo raar klonk ‘hen’ daar niet. Dat was echter wel het geval in Vlaanderen. Daarom kozen Vlaamse organisaties voor de variant ‘die/hen/hun’.

De variant die/hen/hun wordt in Vlaanderen intussen ondersteund door tal van organisaties: çavaria, UAntwerpen, UGent, Transgender infopunt, de Vlaamse overheid.

De online editie van Van Dale heeft in 2020 ‘hen’ opgenomen als verwijzing naar een niet-binaire persoon. Het Nederlandse persagentschap ANP en verschillende andere organisaties in Nederland (zoals Linda, Trouw, de Volkskrant, RTL) gebruiken sinds 2021 voor personen die dat zelf aangeven ‘die’ in plaats van ‘hij’ of ‘zij’.

De VRT raadt aan om mensen zelf te vragen hoe ze willen dat naar hen verwezen wordt. ‘Als iemand zich als man, vrouw of non-binair identificeert, vraag je naar de voornaamwoorden en gebruik je die zoals gevraagd’ (VRT-Woordenlijst Diversiteit). De Universiteit Antwerpen stimuleert alle personeelsleden om bij hun naam onder aan hun mails op te nemen wat hun voorkeurvermeldingen zijn: zij/haar/haar, hij/hem/zijn of die/hen/hun (zie Infofiches Genderinclusieve Communicatie). Sommige mensen doen dat intussen ook, zo merken we in mailverkeer met zowel de Universiteit Antwerpen als de Universiteit Gent.

Bronnen

05lgbti-gemeenschap

Wat met

(lgbtqia+)

We gebruiken

  • lgbti

Toelichting. Er zijn veel vormen van dit letterwoord, van kort naar lang, met g van gay of h van homo, met en zonder plus, enzovoort. Van Dale heeft in 2017 zowel lgbti als lhbti toegevoegd. In Nederland lees je vaak lhbti, in Vlaanderen kiest onder meer De Standaard voor lgbti.

We vinden de Nederlandse variant begrijpelijker en duidelijker aansluiten bij een Nederlandstalige uitspraak, maar we volgen als Vlamingen dan toch maar de Vlaamse gezaghebbende media. We gebruiken dus lgbti, met g, met kleine letter, zonder q, zonder plus, zonder a en zonder 2s.

Het letterwoord is geschikt om algemeen naar de groep te verwijzen, zoals in ‘de lgbti-gemeenschap’ of ‘als lgbti’er vind ik dit of dat’. Voor individuen gebruiken we een specifiekere term: iemand is een lesbische vrouw, een homo of een homo man, een biseksuele vrouw, een intersekse mens, enzovoort.

Bronnen

We gebruiken

Holebi

Toelichting

Holebi is als woord in België ontstaan. [aangepast 31 aug 2021] Het staat voor homoseksueel, lesbisch en bi+, en wordt gebruikt als verzamelnaam om in een keer naar de verschillende seksuele oriëntaties te verwijzen. Als men over de holebi-gemeenschap spreekt, horen trans en intersekse mensen daar strikt genomen niet bij (zie ook çavaria, zoek holebi).

We gebruiken

Homo
Lesbienne

Toelichting

Ook:

  • Hij valt op mannen, ze valt op vrouwen

Homo en lesbienne worden in sommige Nederlandse gidsen als beledigend omschreven. Het alternatief gay voor homo is echter alleen als bijvoeglijk naamwoord in predicaatspositie bruikbaar (wel: hij is gay, maar niet: hij is een gaye man). Je kunt wel zeggen dat iemand op vrouwen valt, op mannen valt.

Gaykrant NL, het ‘grootste platform’ voor lgbti in Nederland en België, gebruikt homo en lesbienne echter nog volop: ‘Homoseksuelen en lesbiennes maakten in het verleden minder kans op een baan bij de overheid’, ‘het eerste café waar homo’s zich niet meer achter geblindeerde ramen verscholen’, homoclub, homo-uitgaanscentrum, homovriendelijk.

We vermijden

Transseksueel

Toelichting

  • Een transgender mens

Transseksueel heeft sterk medische connotaties, terwijl lang niet alle trans mensen een medische transitie doormaken. ‘Transgender’ is ruimer en juister. Zie onder meer: çavaria, zoek ‘transseksueel’.

Een transgender

  • [Aangepast 1 sep 21] Een transgender mens

Een transvrouw

  • Een trans vrouw, een trans atlete

Een transgender: we reduceren mensen niet tot een kenmerk als dat gevoelig ligt.

Ombouwen, verbouwen

  • Een transitie doormaken

Ombouwen is gewoon lomp. Zie bv. VRT-Woordenlijst Diversiteit

Een trans vrouw die geboren is als man

  • Een trans vrouw die bij geboorte als man geregistreerd is

Een trans vrouw is altijd een vrouw geweest, ook bij haar geboorte. Ze is bij haar geboorte wel geregistreerd als man. Zie ook: WOMEN inc – Stijlgids, zoek geregistreerd als, mannelijk/vrouwelijk, ombouwen

De vroegere ‘deadname’

Aan de ‘deadname’ van een trans persoon refereren we in geen geval meer.

Zie ook VRT-Woordenlijst Diversiteit

Wat met

Travestiet of crossdresser?

Toelichting

  • Travestiet is bruikbaar in Vlaanderen.

Sommige Nederlandse gidsen willen travestie vervangen door crossdressing. Vlaanderen lijkt daar niet in mee te gaan (vergelijk crossdresser: Tropenmuseum – Woorden doen ertoe, 145 met het trefwoord travestie bij çavaria). Wij zien zelf ook niet in waarom we een Italiaans leenwoord zoals travestiet zouden vervangen door een Amerikaans leenwoord.

We vermijden

Hermafrodiet

We gebruiken

  • Intersekse mens

We vermijden de oude, mythologisch geïnspireerde term en verkiezen de hedendaagse, neutrale term ‘intersekse mens’ (zie Tropenmuseum – Woorden doen ertoe, 112; Amsterdam – Regenboog taaltips, 8; WOMEN inc – Stijlgids, zoek hermafrodiet).

We vermijden

Seksuele voorkeur
Seksuele identiteit

Toelichting

  • Seksuele oriëntatie
We gebruiken bij voorkeur de omschrijving ‘seksuele oriëntatie’. ‘Seksuele voorkeur’ kan foutief de indruk wekken dat de seksuele oriëntatie een vrije keuze van een persoon is. ‘Seksuele identiteit’ is problematisch omdat niet iedereen de seksuele oriëntatie als een deel van de identiteit beschouwt (bron: WOMEN inc – Stijlgids, zoek ‘seksuele geaardheid’).

Bekijk alle Diverse Thema’s:

Leeftijd
opleiding
inkomen

Gender

Mensen
met een
beperking

Culturen en landen

lees ook

Online Magazines

De kunst van digital storytelling evolueert ultrasnel. In de nieuwste generatie verhalen werken we volop met beweging en interactie. We…

lees meer

Interactieve Deep Content voor Deutsche Bank

Droom je van een eigen huisje in het buitenland? Wie niet! Maar wat komt er fiscaal allemaal bij kijken? Koop…

lees meer

Wat is deep content?

Deep content is content die zorgt voor een rationeel diepere en emotioneel rijkere band tussen mensen en thema’s of merken.…

lees meer